Op 26 februari om 20.oo uur zijn alle Freonen van De Koepel van harte welkom in De Gekroonde Roskam. Op deze avond zal de heer Kees Dekker een boeiende lezing houden over de ijselijke avonturen van de Witmarsumer huisarts Hendrik Jan Kremer, die in 1882 deel uitmaakte van een wetenschappelijke expeditie naar de Noordpool. Heel veel over deze expeditie is bewaard gebleven. Prachtige foto’s uit het poolgebied, brieven en krantenverslagen. Tijdens de lezing laat Kees Dekker veel prachtig materiaal zien. Kees, oud meteoroloog van het KNMI deed acht jaar lang onderzoek naar deze vrijwel vergeten poolexpeditie en schreef er, samen met Frieda van Essen, een prachtig boek over. Dit boek is op 26 februari voor een actieprijs verkrijgbaar.

Gebied in kaart brengen

In de negentiende eeuw waren expedities naar het Noordpoolgebied de grote uitdaging voor ontdekkingsreizigers en avonturiers. Het als eerste bereiken van de Noordpool of de noordoostelijke doorvaart naar Azië was een niet te versmaden hoofdprijs. Veel van deze expedities kwamen in grote problemen in het ijskoude poolgebied, vaak door onkunde over de omstandigheden in het poolgebied. Van sommige expedities werd nooit meer iets gehoord of teruggevonden.

Daarom werd een plan bedacht om eerst een zo groot mogelijk wetenschappelijk onderzoek te gaan doen om het gebied beter in kaart te kunnen brengen waardoor toekomstige expedities een grotere kans van slagen moesten krijgen. Buys Ballot, de oprichter en de eerste hoofddirecteur van het KNMI was een van de initiatiefnemers van zo’n wetenschappelijk onderzoek. Na lang twijfelen doet ook Nederland mee.


IJzingwekkend en bar avontuur

En zo vertrok in de zomer van 1882 het expeditieschip met tien Nederlandse expeditieleden vanuit Amsterdam naar noord-Siberië om daar een jaar lang wetenschappelijk onderzoek te gaan doen. Heel Nederland was enthousiast geworden en duizenden mensen stonden in Amsterdam op de kade om het schip uit te zwaaien. De arts van de expeditie was Hendrik Jan Kremer, een pas afgestudeerde arts en later de dorpsdokter van Witmarsum, die op het laatste moment was aangemonsterd.Vol goede moed en een schip vol uitrusting gingen ze op pad, ze hadden geen vermoeden dat ze een ijzingwekkend en bizar avontuur tegemoet gingen, vergelijkbaar met de barre overwintering van Barentsz en Heemskerck 300 jaar eerder. Heel Nederland leefde mee met hun avonturen. Het land stond op zijn kop, regelmatig stond iets over de expeditie op de voorpagina’s van de kranten.


Ontvangen als helden

Na een moeizame terugtocht kwamen ze in de herfst van 1883 terug in Nederland en werden daar als helden ontvangen.Door alle gebeurtenissen rond de eeuwwisseling en het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog is deze expeditie vrijwel vergeten, maar door het boek van Kees Dekker en Frieda van Essen is deze weer uit de vergetelheid gehaald.


Huisarts te Witmarsum

Hendrik Jan Kremer werd na zijn promotie in Groningen huisarts in Witmarsum. Hij was dat tot 1915. Hij overleed in 1918 in Amsterdam aan diabetes, toen onbehandelbaar en dodelijk. Samen met zijn vrouw en dochter liggen ze begraven in Witmarsum. Nooit heeft hij kunnen denken welke avonturen hem te wachten stonden toen hij aanmonsterde op het expeditieschip en dat hij een held in Nederland zou worden. Na het verschijnen van het boek kwamen ook enkele dagboekjes van Hendrik Jan Kremer tevoorschijn, waarin hij heel persoonlijk zijn beleving heeft opgeschreven. Deze dagboekjes geven een heel persoonlijke kijk op de avonturen in het ijs. Tijdens zijn verhaal zal Kees af en toe het persoonlijk verslag van Hendrik Jan Kremer erbij halen.

De oude dorpsdokter van Witmarsum is dan weer even terug in zijn dorp waar hij met zoveel plezier gewerkt heeft en waarschijnlijk de opa’s en oma’s van veel Witmarsumers ter wereld heeft geholpen.